Interessant verhaal over de kosten van asielopvang.
Peperduur asielschip voor 110.000 euro per dag: ‘Waar zijn we nou mee bezig?’
De weerstand van gemeenten tegen het openen van een asielzoekerscentrum heeft een torenhoge prijs. Zo kost het cruiseschip Galaxy dat in Amsterdam wordt gebruikt als noodopvang 110.000 euro. Per dag, blijkt uit onderzoek van deze site. De Tweede Kamer praat dinsdag over de spreidingswet die een einde moet maken aan dit soort peperdure noodopvang voor asielzoekers.
Soms zijn situaties zo hallucinerend, dat ook de uitvoerders van het beleid er om moeten grinniken. Neem de Esmeralda, een riviercruiseschip dat in de haven van Hellevoetsluis lag als noodopvang voor 110 asielzoekers en statushouders. Dit voorjaar vond de gemeente het wel welletjes. De boot moest leeg en alle asielzoekers werden door het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) over andere opvanglocaties door heel Nederland verspreid.
Waarom die situatie hallucinerend is? Omdat de Esmeralda, toen zij deze zomer eenmaal leeg was, het Haringvliet over voer en in de eerstvolgende haven aan de overkant, slechts 9 (!) kilometer verderop, weer aanlegde. Dit gebeurde omdat het deze keer de beurt was aan de buren van Stellendam om in de noodopvang te voorzien. Een persbericht van de gemeente stelt dat er wederom 120 asielzoekers verblijven. Maar wel 120 andere dan een maand eerder, met andere vrijwilligers en ander personeel. Het schip en haar bewoners worden als een hete aardappel doorgeschoven. ,,Dan denk je weleens: waar zijn we nou mee bezig, want dit gaat echt helemaal nergens over”, zegt een betrokkene.
Welkom in de wondere wereld van de Nederlandse noodopvang voor asielzoekers, een wereld waar al twee jaar lang miljarden euro’s worden uitgegeven. Een groot deel van dat geld had helemaal niet uitgegeven hoeven worden, maar daarover straks meer.
Dinsdag praat de Tweede Kamer over hoe het anders kan: de spreidingswet moet er voor gaan zorgen dat door heel Nederland duurzame en relatief goedkopere opvanglocaties komen. De wet is politiek omstreden, omdat gemeenten in het uiterste geval ook kunnen worden gedwongen zo’n locatie in te richten.
Tumultueus
De crisis in de asielopvang begon in het najaar van 2021. De al bestaande reguliere asielzoekerscentra raakten vol en het COA moest met stoom en kokend water op zoek naar noodopvang. Er werden leegstaande gebouwen vertimmerd, noodunits geplaatst en (rivier)cruiseschepen aangevoerd. De druk werd nog hoger toen honderden asielzoekers nachtenlang buiten op het gras voor Ter Apel sliepen, omdat er niet voldoende onderdak was.
Inmiddels zijn door heel Nederland 129 noodopvanglocaties, flink meer dan de 81 reguliere azc’s. Daarnaast zijn er nog een wisselend aantal crisisnoodopvanglocaties: evenementenhallen en sporthallen die deels worden beheerd door gemeenten en deels door het COA. Van de 56.000 asielzoekers die in een opvanglocatie verblijven, wonen er 26.000 in een noodopvang of crisisnoodopvang.
Al die noodopvanglocaties zijn nodig, omdat het COA al jarenlang grote moeite heeft om gemeenten te vinden die een regulier azc op hun grondgebied willen hebben: een vaak wat grotere asielopvang die er bij voorkeur tien jaar of langer zal blijven. Gemeenten zijn huiverig, er is vaak geen politiek draagvlak in de gemeenteraad en informatieavonden voor omwonenden verliepen in het verleden tumultueus.
Milo Schoenmaker, Bestuursvoorzitter COA
Maar dergelijke langdurige locaties hebben wel de voorkeur van het COA: ze worden gebouwd als opvanglocaties en zijn voor de asielzoekers dus een stuk prettiger om te verblijven dan een inderhaast opgetuigde noodopvang. En: een regulier azc is vele malen goedkoper dan noodopvang. ,,Een plek in de noodopvang is twee tot drie keer duurder dan een opvangplek in een regulier azc”, stelde COA-bestuurder Milo Schoenmaker recent in deze krant. ,,Dat gaat dus om forse bedragen.” Zo moest het kabinet de begroting voor asielopvang vorig jaar verhogen van 500 miljoen naar 1,5 miljard en tot 2026 kunnen de kosten voor de asielopvang zelfs 3,5 miljard euro hoger zijn dan eerder werd verwacht. ‘De kosten van de opvang worden structureel te laat ingeschat’, oordeelde de Rekenkamer.
Die bedragen zijn onder meer zo opgelopen omdat het COA en staatssecretaris Van der Burg hun toevlucht moesten nemen tot (rivier)cruiseschepen en hotelketens als noodopvang. ,,Noodopvang is altijd duurder dan reguliere opvang. En in geval van nood zeg je ook sneller ‘ja’ tegen een aanbod”, stelt een vastgoedregisseur van het COA.
Maar wat is duur? En wie verdient er eigenlijk aan? Dat is waar het ingewikkeld wordt. Contracten die worden opgesteld tussen COA en verhuurders zijn niet openbaar. Het COA rekent met kosten van ongeveer 77 euro per asielzoeker per dag in een regulier azc. In noodopvang of crisisnoodopvang is dat dus twee tot drie keer meer. Maar de contracten die worden afgesloten kunnen verschillen: is het inclusief de catering, schoonmaak of beveiligingspersoneel bijvoorbeeld?
Goede deal voor hoteliers
Hoteliers kunnen een goede deal maken, want waar de bezetting met gasten normaal door het jaar heen kan fluctueren, huurt het COA voor een vast bedrag voor een bepaalde periode een aantal kamers af, ongeacht de bezetting daarvan. Het is niet voor niets dat hotelketens als Van der Valk en Gr8 op meerdere locaties soms maandenlang asielzoekers en statushouders (asielzoekers met een verblijfsvergunning) huisvesten.
Een andere winnaar van de Nederlandse (en Europese) opvangcrisis is Tallink, een rederij uit Estland. Nederland huurt twee enorme veerboten van het bedrijf, de Galaxy (met een capaciteit van 2800 mensen) en de Silja Europa (capaciteit 3600 mensen). De twee schepen voeren jarenlang als veerboot over de Oostzee tussen Scandinavische steden, maar liggen nu als noodopvang in Amsterdam en Rotterdam. Op de Galaxy verblijven al maanden 1500 asielzoekers en op de Silja 1500 statushouders. De Silja lag voordat het schip naar Rotterdam kwam enkele maanden aan een kade in Velsen-Noord. Toen verbleven er 1000 asielzoekers.
Meer dan 1,5 miljoen per week
De kosten voor Nederland voor die zeeschepen, alleen aan huur: meer dan 100.000 euro. Per schip. Per dag. Dat maakt dat Nederland per week meer dan 1,5 miljoen kwijt is aan huur voor de opvang van 3000 mensen op twee schepen. Die schepen zijn van vrijwel alle franje ontdaan: de taxfreewinkel en de entertainmenthoeken zijn dicht, het zonnedek is gesloten.
,,Noodopvang op schepen is duurder dan in vastgoed aan wal, vanwege de hoge huurprijs en het benodigde personeel”, stelt een woordvoerder van het COA. Tallink verhuurt de schepen inclusief kapitein en (Filipijnse) bemanning, die de catering verzorgen en het schip moeten onderhouden.
Schotland huurde twee schepen van Tallink, voor de opvang van Oekraïners en asielzoekers. Ook Estland, thuisland van de rederij, gebruikte een schip om Oekraïners op te vangen. Zij betaalden 54.000 euro per dag voor de Isabella, blijkt uit navraag van deze krant in Estland. Waarom dat bedrag zoveel lager is dan wat Nederland betaalt, is niet goed te achterhalen. Wel is de capaciteit van de Isabella (2000 passagiers) lager dan de Silja en de Galaxy.
De prijs pakt voor Nederland ook relatief hoog uit, omdat COA niet de totale capaciteit van de twee schepen benut. ,,Voor een lange tijd meer dan 1500 mensen op deze schepen is niet wenselijk”, zegt een COA-woordvoerder.
Naast de twee grote zeeschepen worden ook nog honderden asielzoekers opgevangen op zo’n twintig riviercruisers, zoals de Esmaralda waar dit verhaal mee begon. De eigenaren bieden soms zelf hun schepen als opvangplek aan. Door de hoge brandstofprijs kan stilliggen met een volledige bezetting van asielzoekers voordeliger uitpakken dan varen met toeristen. Deze krant zag een huurcontract in waarin het COA 11.000 euro per week betaalt voor een cruiseboot met zo’n vijftig hutten. Dat is exclusief catering, beveiliging en afvoer van afval.
Betrokkene
Het COA huurt die schepen doorgaans via een tussenpersoon, zogenoemde traders. Zij spelen niet alleen een rol bij het maken van de deal, maar bieden behalve het schip vaak ook de bijkomende diensten aan: personeel, schoonmaak, catering, het leveren van walstroom en riolering. Het COA doet met zes van dergelijke bedrijven zaken, waarvan Slaapschepen.nl een van de grootste is.
Voor die tussenrol krijgen de bedrijven een percentage van de huurprijs. Bronnen die deze krant sprak, stellen dat er ‘forse percentages’ worden verdiend. Het COA zegt alleen naar de totaalprijs te kijken en niet te weten wat tussenpersonen verdienen. Een woordvoerder van Slaapschepen.nl wil niet op vragen ingaan en verwijst terug naar het COA.
Opvang op schepen is duur, maar tegelijk populair. Het is makkelijk, stelt een bron: ,,Je legt ze aan de kade en ze zijn klaar, plug and play.’’ Maar wat misschien nog wel meer meespeelt: een boot is politiek makkelijker te verkopen aan de gemeenteraad en omwonenden. Een schip straalt tijdelijkheid uit; de opvang is maar voor even en gaat niet ten koste van bestaande woningen in stad of dorp. Een financiële prikkel is er niet: de meerkosten van noodopvang zijn niet voor de gemeente, maar voor het COA en daarmee voor het Rijk.
Dinsdag en woensdag praat de Tweede Kamer over de spreidingswet, die ervoor moet zorgen dat er straks in Nederland 41.000 opvangplekken voor asielzoekers zijn, verspreid door heel Nederland. Geen peperdure noodopvang, maar goedkopere, langdurige asielcentra. In de Tweede Kamer is inmiddels een meerderheid in zicht, nadat de Kamer zelf met aanpassingen kwam. Maar in de Eerste Kamer is die er niet, waardoor het onduidelijk blijft of de wet de eindstreep haalt. VVD, PVV, JA21, SGP en BBB zijn tegen.
Maar ook als de wet wordt aangenomen zal het nog tot ver in 2024 duren voordat alle asielzoekers uit noodopvanglocaties zijn. Zo ligt de Esmeralda, het schip uit het begin van dit verhaal, nog wel even in Stellendam. ,,We gaan uit van minimaal een jaar”, meldde de gemeente deze zomer.
https://www.ad.nl/binnenland/peperduur- ... ~a56eda50/